De Stek pakt de uitdagingen voortvarend aan

Een bericht uit het Houtens Nieuws door Agnes Corbeij
Schoolleiders hoorden zondag 15 maart, net als de rest van Nederland, via de media dat hun school dicht zou gaan. Toch was eerder al voorbereidend werk verzet. Simone van Delft, teamleider op basisschool De Stek in Houten, vertelt hoe de afgelopen dagen door het team van de school zijn beleefd.
Het hing al een aantal dagen in de lucht, de sluiting van scholen. Toch ging de kogel pas zondagavond door de kerk. Simone van Delft is teamleider en coördineert het beleid dat specifiek is voor de groepen 4 t/m 8. ,,Wij hoorden dit via de media. Meteen daarna kwamen de eerste vragen van ouders op ons af.” Toch was het team niet geheel onvoorbereid. ,,Op het moment dat medisch specialisten de oproep deden om scholen te sluiten, hebben we op dit scenario voorgesorteerd.”
Dat gebeurde vrijdag. ,,Toen hebben we alle 45 collega’s van De Stek meteen gevraagd na te denken over drie zaken. Ten eerste de opvang van kinderen die thuis echt niet terecht zouden kunnen. Als tweede hebben we voor onszelf de vraag beantwoord wat kinderen thuis kunnen doen aan hun schoolwerk. En de derde vraag was, wat doen we als team in deze periode?”
Doordat deze vragen grotendeels al in het weekend waren beantwoord, kon Simone maandagochtend met de collega’s om de tafel om concrete stappen te zetten. ,,Om 9.30 uur hebben we vergaderd met zijn allen. Ook collega’s die op maandag eigenlijk vrij zijn, kwamen hiervoor uit eigen beweging naar school.”
Bij De Stek kwamen vijf kinderen naar school, waarvan drie kleuters. Simone: ,,Dit zijn kinderen waarvan beide ouders echt niet gemist kunnen worden op hun werk. Velen van hen werken in het ziekenhuis. Er zijn ook ouders die in de gezondheidszorg werken en toch zelf oppas hebben verzorgd. Hen hebben we op het hart gedrukt dat hun kinderen welkom zijn als ze toch extra diensten moeten gaan draaien of iets dergelijks. In deze tijd is hun werk gewoon heel belangrijk voor ons allemaal.”
De Stek heeft twee locaties in Houten. Een daarvan is dicht, het hoofdgebouw is open voor opvang van kinderen. Voor die kleine groep kinderen die op school is, is een rooster gemaakt. ,,We hebben steeds twee leerkrachten beschikbaar. Zij zijn op school en zijn er voor de kinderen. Zij maken op school hun thuiswerk. Verder spelen ze ook gewoon buiten en binnen.” Twee leraren is niet echt nodig op vijf kinderen uiteraard. ,,Maar voor het geval er iets gebeurt, moet er altijd een tweede aanwezig zijn, vandaar.”
Alle andere kinderen hebben schoolwerk voor thuis gekregen. ,,Vanuit Fectio (de scholengemeenschap waar De Stek onderdeel van uitmaakt, red.) is ervoor gekozen om zowel digitaal als werk op papier mee te geven. Als school kunnen we niet iedereen van een computer of laptop voorzien, dus ook kinderen zonder computer thuis kunnen nu aan het werk blijven.”
Overigens bevat het thuiswerk geen nieuwe lesstof. Simone: ,,Daarbij is instructie nodig. We geven de kinderen nu herhalingslessen.” Toch is Simone niet bang dat de kinderen een achterstand oplopen. ,,Een lesmethode bestaat in het basisonderwijs uit 36 weken. Een schooljaar telt 40 weken. Daar zit dus een buffer in. Die gebruiken we nu.”
Ook al is het herhaling, Simone wil wel het belang van de stof benadrukken. ,,Het is echt heel belangrijk dat kinderen de stof blijven herhalen de komende weken, om achterstand te voorkomen.”
Daarnaast is er communicatie tussen leerkracht en kinderen via Social Schools, het systeem waarmee De Stek communiceert met ouders. ,,Maandag hebben verschillende leerkrachten een filmpje gemaakt voor de kinderen. De een heeft het dictee gefilmd, de ander een uitleg over klokkijken, weer een ander maakte rekenvideo’s.” Ook bestaat de mogelijkheid om met juf of meester te chatten.
Ook over werkzaamheden voor het team is nagedacht. Simone: ,,We gaan met zijn allen zoveel mogelijk administratie bijwerken. In de komende weken eindigt het derde blok. Daarom heb ik alle collega’s gevraagd alvast een goed plan te maken voor het vierde blok.” Op de twee leerkrachten voor de opvang na, werkt iedereen thuis. ,,Toch merk je dat er veel saamhorigheid is.”